Terug Interview met Dag Allemaal Opmerkelijke televisie vorige week in ‘Het Zesde Zintuig’: Philip Desimpel (45) was de enige die de identiteit van Martine Jonckheere kon achterhalen én die perfect de moordzaak op een jongeman kon reconstrueren. ‘Laat ze mij maar een charlatan noemen. Ik weet wat ik kan.’ Met behulp van een pendel, kaarten of een wichelroede ‘ziet’ Philip Desimpel uit Izegem dingen die voor normale stervelingen verborgen blijven. Al achttien jaar leeft hij van zijn zesde zintuig. ‘Dit is mijn hoofdberoep. Ik doe niks anders’, zegt hij. ‘Al van in mijn jeugd merkte ik dat ik die gave had. Mijn voorspellingen werden realiteit en dus ben ik dat gevoel gaan uitdiepen.’ Is je zesde zintuig geen hinderpaal in je dagelijkse leven? Nee, want ik kan dat heel goed van me afzetten. Als ik buiten mijn consultatieruimte kom, ben ik zoals elke andere mens. Als je die knop niet kan omdraaien, zit je binnen de tweejaar in de psychiatrie. Wat met de kritiek dat jullie eigenlijk gewoon charlatans zijn die enkel geld willen kloppen uit de zakken van goedgelovige mensen? Laat ze maar zeggen. Ik weet wat ik kan. Ik heb ooit eens een vrouw van 44 op consultatie gehad. Ze was kerngezond, maar ik heb bij haar een cyste in de borst gezien. Veertien dagen later werd bij haar het beginstadium van kanker vastgesteld. Dankzij mij is ze op tijd in behandeling gegaan en is ze er goed vanaf gekomen. Deelnemen aan ‘Het Zesde Zintuig’ is ook een risico. Stel dat je afgaat als een gieter. Wij zijn God de Vader niet, hé. Wij kunnen ook fouten maken. Onze gave blijft een mysterie. Maar als je op tien proeven er zes of zeven juist hebt, is er toch wel degelijk iéts. Terug